Raffaele Garofalo

Aus Krimpedia – das Kriminologie-Wiki
Zur Navigation springen Zur Suche springen

Der Jurist und Wissenschaftler Baron Raffaele di Garofalo (* 18.11. 1851 in Neapel; † 18.04.1934) wurde vor allem als Erfinder des Begriffs "Kriminologie" (Criminologia) bekannt, den er zum Titel seines Hauptwerks (1885) machte. Garofalo war neben Cesare Lombroso und Enrico Ferri maßgeblich an der Begründung der italienischen Kriminologie des 19. Jahrhunderts, der "scola positiva" ("positive Schule"), beteiligt. In seinem Buch bemühte er sich um eine soziologische Definition des Verbrechens, die es erlauben würde, diejenigen Handlungen zu bestimmen, die durch Strafe unterdrückt werden könnten. Diese stellten seiner Meinung nach die "natürlichen Verbrechen" dar, also Handlungen, die die beiden fundamentalen altruistischen Gefühle verletzten, die alle Menschen gemeinsam haben, nämlich Anstand und Mitleid. Garofalo bestritt die Doktrin von der Willensfreiheit und favorisierte die positivistisch-empirische Untersuchung des Verbrechens.

zowel als politicus, rechter en wetenschapper naam heeft gemaakt.

In de Italiaanse politiek verwierf hij bekendheid door te pleiten voor een neutrale opstelling van Italië in de Eerste Wereldoorlog. Hij was een onverzoenlijk bestrijder van het socialisme en marxisme. Later zou Garofalo vanaf het eerste moment het fascisme van Mussolini steunen. Samen met Lombroso en Ferri geldt Garofalo als grondlegger van de 'école positiviste italienne' (de Italiaanse positivistische school). Met name zijn standaardwerk 'la criminologie' uit 1885 betekende een belangrijke bijdrage aan het ontstaan van de criminologie als aparte wetenschap. Op 18 april 1934 stierf Garofalo, 82 jaar oud, te Napels. Categorie: Italiaanse adel Als Sozialdarwinist schlug Garofalo vor,

  1. Todesstrafe für diejenigen, deren kriminelle Taten aus einer permanenten psychischen Anomie resultierten, die sie unfähig zum sozialen Leben machten
  2. Teilweise Elimination oder Langzeit-Einsperrung derjenigen, die nur für das Leben von Nomadenhorden oder primitiven Stämmen geeignet sind
  3. Zwangswiedergutmachung durch diejenigen, die ihre Taten aber unter dem Druck außergewöhnlicher Umstände begingen und nicht rückfallgefährdet sind.


Literatur

  • Francis A. Allen, Raffaele Garofalo, 1852-1934, in: Hermann Mannheim (Hrsg.), Pioneers in Criminology, London 1960, S. 254-276